AdDisclaimer
//

Hoe zouden de regels in 2026 kunnen evolueren? (1/2)

Een herziening van de strafpunten die worden toegekend bij het activeren van het veiligheidssysteem van een breekbaar obstakel, wat Michael Jung de olympische gouden medaille heeft gekost, is in bespreking.

Copyright: Hippo Foto

- Een herziening van de strafpunten die worden toegekend bij het activeren van het veiligheidssysteem van een breekbaar obstakel, wat Michael Jung de olympische gouden medaille heeft gekost, is in bespreking.

De stakeholders van de eventing-discipline werken dit jaar aan een volledige herziening van het internationale reglement van de discipline. De wijzigingen moeten worden goedgekeurd tijdens de volgende Algemene Vergadering van de Internationale Paardensportfederatie (FEI), in november in Hongkong. Tijdens het FEI Sports Forum in Lausanne begin april kwamen verschillende voorstellen aan bod, zoals de invoering van een nieuw internationaal U25-kampioenschap, een herziening van bepaalde straffen in de cross-country, en de introductie van een toezichtmechanisme voor juryleden tijdens de dressuurproef. De discussies stonden open voor vele ideeën, maar leken nog weinig uitgewerkt, en het omzetten van deze voorstellen in concrete regels vergt nog aanzienlijke inspanningen.

Dit jaar is het niet alleen het springreglement dat volledig wordt herzien (lees hier en hier). Het herzieningsproces, dat voortaan om de vier jaar plaatsvindt, werd voor de eventing-discipline met een jaar vervroegd op verzoek van de technische commissie, zodat de nieuwe regels op 1 januari 2026 van kracht kunnen worden – en dus voor de gehele duur van de kwalificatiecyclus voor de Olympische Spelen gelden. Begin januari vond een driedaags forum plaats waar de belangrijkste actoren uit de eventingwereld samenkwamen. Begin april werd tijdens het FEI Sports Forum een anderhalf uur durende sessie aan dit onderwerp gewijd. Deze werd geleid door de Zwitserse Frédérique Reffet Plantier, de nieuwe directeur eventing bij de FEI, en de Ier David O’Connor, vicevoorzitter van de FEI en voorzitter van de technische commissie, die een prominente rol speelde in de discussies.

In een strak tempo, en met relatief weinig interactie tussen de sprekers en het publiek, presenteerden de Brit Alec Lochore (vicevoorzitter van de commissie), de Fransman Pierre Le Goupil, de Nieuw-Zeelander Neil Mackenzie-Hall en de Deense Anne-Mette Binder een reeks voorstellen voor reglementswijzigingen, die voorlopig echter nog vooral op het niveau van ideeën blijven hangen. In zijn inleiding benadrukte David O’Connor het belang om na te denken over de evolutie van de topsport, maar ook “om de discipline op lager niveau te ondersteunen”.

Een nieuw U25-kampioenschap in voorbereiding

Alec Lochore wees op de “kloof tussen de Young Riders-categorie (waarbij de kampioenschappen op 3*-niveau plaatsvinden, red.) en de grote seniorencompetities”, een verschil dat in alle disciplines merkbaar is. Daarom stelde hij voor een nieuw kampioenschap voor ruiters onder de 25 jaar te creëren. Dit voorstel werd gesteund door Richard Waygood, technisch directeur van de Britse federatie, en Philine Ganders-Meyer, namens zowel de Duitse federatie (FN) als de Europese paardensportfederatie (EEF), waar zij de werkgroep eventing voorzit.

In de praktijk bestaat er al een dergelijke competitie in Bramham, maar deze is niet officieel, en alleen de dressuur kent momenteel een erkend Europees U25-kampioenschap.

Er worden momenteel verschillende scenario’s onderzocht voor het format van dit mogelijke kampioenschap. “We denken aan een hybride competitie, met een dressuur- en springproef op 4*-niveau, gecombineerd met een cross-country op 3*-niveau”, aldus Alec Lochore. De Britse en Duitse vertegenwoordigers spraken hun voorkeur uit voor een klassiek 4*-format, maar Richard Waygood gaf aan dat hij “het begrijpelijk vindt om een lager sterrensysteem te overwegen, zodat meer landen kunnen deelnemen”.

Volgens gegevens van de FEI zijn er momenteel 22 landen met U25-ruiters op 4*-niveau, maar slechts tien landen – waarvan zeven Europees – zouden in staat zijn om een team af te vaardigen naar een U25-kampioenschap op dat niveau. Naar aanleiding van deze cijfers en een vraag van Rosie Williams van de Britse federatie, stelde David O’Connor voor om twee kampioenschappen te organiseren, op verschillende niveaus: een wereldwijd en een continentaal.

Alle deelnemers aan het debat spraken zich uit voor een korte cross-format binnen deze kampioenschappen. Daarnaast gaf Frédérique Reffet Plantier aan dat zowel de organisatoren van het EK Jeugd 2025 (dat in Strzegom zal plaatsvinden) als de kandidaat-organisatoren voor 2027 interesse hebben getoond om dit nieuwe kampioenschap te huisvesten – een antwoord op een legitieme vraag die enigszins verrassend werd geopperd door FEI-secretaris-generaal Sabrina Ibáñez.

Moeten de straffen in de cross-country worden herzien?

Er werd ook gesproken over een mogelijke aanpassing van de strafpunten bij fouten in de cross-country, met name bij het raken van een vlag (missing flag) of het activeren van het veiligheidsmechanisme bij frangible obstacles.

Deze frangible devices zijn in het leven geroepen om het risico op ongevallen, in het bijzonder de beruchte rotatiefouten (rotational falls), te verminderen. David O’Connor merkte echter terecht op dat deze nu ook voor andere doeleinden worden gebruikt. Al enige tijd bekritiseren ruiters het gebruik van deze systemen door sommige parcoursbouwers om “straffen uit te lokken” en zo verschillen in de rangschikking te creëren.

“Voor het publiek is het moeilijk te begrijpen dat een gevallen balk in het springen vier strafpunten oplevert, terwijl het raken van een hindernis in de cross-country elf punten kost”, aldus Richard Waygood. “Ik pleit voor een verlaging van die elf strafpunten, evenals de vijftien punten die worden toegekend bij een vlagfout, want die fouten zijn soms minimaal.”

De enige andere persoon die zich hierover uitsprak was Monique Archer, bestuurslid van de Pan-Amerikaanse paardensportconfederatie. Zij was voorstander van een vermindering van de sancties bij vlagfouten, maar niet bij frangible devices. “Wij zijn van mening dat die laatste meestal het gevolg zijn van een ernstige fout van de ruiter of het paard, terwijl een missing flag soms gewoon een klein gebrek aan precisie is”, legde ze uit.

Ter herinnering: in Frankrijk worden veiligheidssysteemactivaties bij nationale wedstrijden niet bestraft. Hoe dan ook, het is duidelijk dat de discussies over dit onderwerp nog verre van afgerond zijn binnen de eventinggemeenschap.

Events

Laatste nieuws

Laatste nieuws